Shadows, midtones en highlights

Wie foto’s bewerkt in Photoshop wordt vroeg of laat geconfronteerd met termen als shadows. midtones en highlights. Wat zijn dit en wat heb je hier aan?

Achtergronden

Zoals je weet heeft iedere pixel in een foto een kleur die is samengesteld door een combinatie van de kleuren die binnen het RGB spectrum worden gebruikt. Rood, groen en blauw dus. Iedere kleur krijgt daarbij in een 8-bits omgeving een waarde van 0 tot 255 waarmee de helderheid van de desbetreffende kleur wordt vastgesteld. Heeft een kleur waarde 0 gekregen, dan is de helderheid het minst, bij 255 het grootst.

Als we van de waarden van de kleuren een gemiddelde per pixel zouden nemen en we alle pixels zouden tellen in een foto met de gemiddelde waarde van 0, alle pixels met de gemiddelde waarde van 1 en ga zo maar door tot 255, dan kunnen we daarmee een grafiek (een histogram) tekenen die ons laat zien hoe de verhouding van donkere en lichtere punten in de foto is opgebouwd. De linkerkant van dit histogram bevat dan de donkere pixels. Dit worden de shadows genoemd. Het middenstuk bevat de zogenaamde midtones en het rechterdeel de highlights.

Van een standaard foto die buiten is gemaakt van bijvoorbeeld een familie die in de tuin staat met het huis op de achtergrond, mag je verwachten dat er relatief weinig hele donkere pixels in zitten, maar ook weinig hele heldere punten. De meeste pixels zullen zich voor een dergelijke foto derhalve in het midtone gebied bevinden.

In een histogram van een foto kun je ook het contrast aflezen. Contrast is niets anders als het verschil tussen de donkere en lichtere delen van de foto. Bevinden zich in een foto voornamelijk pixels die beginnen bij een waarde van 50 en stoppen bij een waarde van 200, dan heb je dus minder contrast dan in een foto waarbij dit loopt van 5 tot 250. Populair gezegd: hoe breder de grafiek, hoe groter het contrast. 

Shadows, midtones en highlights

In iedere foto, of dit nu een afbeelding is in kleur of in zwart-wit, bevinden zich heldere (lichtere) delen en donkere delen. Als een foto veel lichtere delen heeft, dan zal dat gebied minder detail bevatten en dit kan een teken zijn dat de foto overbelicht is. Als een foto veel donkere delen heeft, dan kan dat betekenen dat de foto juist onderbelicht is.

De lichtere plekken in de foto worden dus de highlights (“hoge lichten”, “hoge tonen” of “hooglicht”) genoemd, de donkere plekken shadows of lowlights (“lage lichten” of “lage tonen”). En zoals ook al eerder beschreven worden delen die zich tussen de shadows en highlights bevinden midtones (“middentonen”) genoemd.

Wanneer van een scene gekeken wordt naar een grafiek waarin de verdeling van de shadows, midtones en highlights van de foto wordt vertoond, dan wordt dit het histogram van de foto genoemd zoals hierboven beschreven. Een histogram van een standaard scene, zoals die in afb 1 te zien is, verloopt van weinig hele donkere punten, naar steeds meer midtones, naar steeds minder highlights. Dergelijke histogrammen lijken op een grafiek in de vorm van een berg waarbij de basis geheel links onderin begint en rechts onderin eindigt. Een dergelijke grafiek betekent voor standaard scenes meestal dat de foto goed belicht is.

In recente versies van Photoshop kun je niet alleen het RGB histogram bekijken, dus het gemiddelde van de kleuren, maar kun je ook per kleur bekijken hoe het histogram daarvan verloopt en zelfs de luminosity (helderheid) kun je in de grafiek laten zien. Om dit artikel niet te lang te maken, gaan we alleen in op het RGB histogram.

Afwijkende histogrammen

Maak je een nachtfoto, een foto met veel donkere objecten er in of een low-key foto, dan is het logisch dat je in het histogram relatief veel shadows zult aantreffen en weinig highlights (zie afb 2). Het histogram van een skivakantiefoto op een zonnige dag of van een high-key foto zullen vanzelfsprekend het tegenovergestelde beeld laten zien. Er bevinden zich in dergelijke foto’s immers heel weinig shadows (donkere pixels) en relatief veel highlights (zie afb 3).

Het is dus niet juist om te veronderstellen dat foto’s met een “afwijkend histogram” per definitie onjuist zijn belicht. Deze vuistregel geldt hooguit voor standaard scenes. De belichtingsmeter in de camera verwacht vaak wel een “berg histogram” omdat hij uitgaat van een standaard scene. Daarom zal hij een sneeuwfoto kunnen onderbelichten en een nachtfoto overbelichten. Pas wanneer je de instellingen hierop hebt aangepast door bijvoorbeeld te kiezen voor een specifieke scene-mode voor sneeuw landschappen of nachtfoto’s. Nieuwere automatische camera’s herkennen overigens zelf al veel verschillende soorten scenes en passen de instellingen daar zonder tussenkomst van de gebruiker al meteen op aan.

Verhouding veranderen

Er kunnen verschillende redenen zijn om de verhouding tussen de shadows, midtones en highlights aan te willen passen. Denk bijvoorbeeld aan een onderbelichte strandfoto. Het zou fijn zijn als je dergelijke foto’s achteraf zou kunnen ‘redden’ door de waarden van de pixels wat te verhogen.

Het kan echter ook zijn dat je de sfeer van een foto hiermee zou willen wijzigen. Foto’s met veel shadows en highlights die weinig midtones kennen, beschikken over een hoog contrast. Dit soort foto leveren een dramatisch effect op dat vooral bij zwart-wit afbeeldingen goed kan uitpakken. Als je een foto hebt en de waarden in het histogram terug zou kunnen brengen naar een relatief vlakke verdeling van de shadows, midtones en highlights, dan ontstaat er een zachte sfeer met grote contrasten (zie afb 4).

Men past de onderlinge verhouding van shadows, midtones en highlights dus aan om een foto qua contrast evenwichtiger te maken, om donkere delen lichter, lichtere delen donkerder te maken of om creatieve effecten toe te voegen zoals dat bij afb 4 is gebeurd.

Photoshop kent veel manieren om de shadows, midtones en highlights aan te passen. De meest eenvoudige daarvan is misschien nog wel het gebruik van de Brightness/Contrast Adjustment Layer. Met de schuifregelaars voor Brightness en Contrast worden de waarden in het histogram eenvoudig en snel aangepast. De aanpassingen gaan wel op voor de gehele afbeelding. Wil je dat alleen de donkere delen lichter worden, dan zul je deze optie dus niet goed kunnen gebruiken. 

Een meer gebruikte tool voor deze aanpassingen is daarom de Levels Adjustment Layer. Je kunt hiermee relatief eenvoudig de waarden aanpassen en dat zelfs per kleur doen terwijl je meer grip krijgt dan het aanpassen van de waarden in de Brightness/Contrast Adjustment Layer. Hiermee kun je wel alleen de donkere delen lichter maken terwijl je de lichtere delen ongemoeid laat. Ietsje complexer, maar wel flexibeler dus. Ook de Curves Adjustment Layer kan hier overigens voor worden gebruikt.

Een belangrijk verschil tussen de Levels en Curves Adjustment Layers is dat Levels alleen werkt met zwart, wit en een gemiddelde midtone positie, terwijl Curves werkt met meerdere min of meer onafhankelijk in te stellen punten. Hierdoor is het werken met de Levels Adjustment layer eenvoudiger dan met de Curves Adjustment Layer, maar biedt de Curves Adjustment Layer wel veel meer instelmogelijkheden.

Wordt de Camera Raw filter gebruikt, dan kun je gebruik maken van de schuifregelaars voor Blacks, Whites, Shadows, Highlights en bijvoorbeeld Contrast om de waarden in de histogram naar believen aan te passen. Maar probeer ook eens de menuoptie Image, Adjustment, Shadow/Highlight. Deze biedt, zeker in haar ‘advanced mode’ vaak voldoende mogelijkheden voor de gewenste aanpassingen. Genoeg mogelijkheden dus om de waarden van het histogram te veranderen. 

Contrast aanpassen

In afb 5 zie je een foto waarvan het histogram laat zien dat de meeste pixels zich vooral in het midtone gedeelte bevinden. Het is een smalle piek. Dergelijke foto’s lijken vaak wat ‘bleek’ omdat ze weinig contrast kennen (een relatief in elkaar geduwd histogram). Het verschil tussen de donkerste delen (de shadows) en de lichtste delen (de highlights) in de foto is hierdoor relatief klein.

Om dit soort foto’s te verbeteren pas je de waarden in het histogram zo aan dat de donkerste delen meer naar links in de grafiek komen te liggen en de lichtste delen meer naar rechts (zie afb 6). Je rekt hiermee het histogram als het ware naar de zijkanten uit. Het contrast zal hierdoor toenemen. Vanzelfsprekend doe je het tegenovergestelde met foto’s waarvan je vindt dat het contrast juist te groot is. Je “duwt” het histogram dan vanaf de zijkanten naar binnen. Met de Levels Adjustment Layer zijn dit soort handelingen een fluitje van een cent om te doen.

Afb 1: Een histogram van een 'standaard scene' lijkt op een berg
Afb 2: Een low-key foto bevat veel "schadows" (donkere pixels)
Afb 3: Een high-key foto bevat juist veel heldere pixels (highlights)
Afb 4: Foto's weinig midtones leveren vaak een dramatisch effect op
Afb 5: Een smalle grafiek duidt op weinig contrast
Afb 6: Een brede grafiek duidt op veel contrast