Kleurcorrecties en kleuraanpassingen

Door kleurcorrecties en kleuraanpassingen uit te voeren, kun je een foto veranderen. Maar wat is nu eigenlijk het verschil tussen beiden en is het belangrijk ze te beheersen?

Wat is een kleurcorrectie?

Wanneer men in een fotobewerkingspakket zoals Adobe Photoshop of Adobe Lightroom de kleuren van een foto aanpast, dan noemen we dit een kleurcorrectie of een kleuraanpassing. Deze correcties of aanpassingen kunnen worden uitgevoerd door de kleurverzadiging (Saturation) te veranderen, maar ook doordat het contrast of de witbalans van de foto wordt aangepast. Ook kunnen kleuren vervangen worden door andere kleuren en zo kunnen we nog wel even doorgaan.

Vanzelfsprekend worden dit soort aanpassingen ook binnen de filmindustrie toegepast, maar omdat dit een site is over fotografie zullen we ons hier beperken tot het aanpassen van foto’s.

Kortom, een kleurcorrectie of kleuraanpassing bestaat uit een handeling waardoor een of meerdere kleuren in een foto worden gewijzigd. En dat kan dus op verschillende manieren plaatsvinden.

Correctie of aanpassing

Als een foto na een opname niet de kleuren weergeeft zoals ze in werkelijkheid te zien waren, is een kleurcorrectie nodig om dit bij te stellen. Een kleurcorrectie is dus een handeling die tot doel heeft de originele kleur op de foto te verkrijgen. We zeggen ook wel dat kleurcorrecties worden uitgevoerd om de natuurlijke uitstraling terug te geven aan de foto.

Afb 1 is een foto gemaakt in een kloof zoals hij uit de camera kwam. Door de bijzondere lichtsituatie in de nauwe kloof werd het verschil tussen de heldere en minder heldere plekken op de foto groter dan in werkelijkheid te zien was. Met een kleurcorrectie hebben we dit bijgesteld (zie afb 2). De foto laat nu veel beter zien van wat wij zagen toen we daar liepen, als foto 1 doet.

Als je van een landschap met een grijs wolkendek een foto maakt en op deze landschapsfoto ziet de lucht er grijs uit, dan zou je kunnen beslissen deze tijdens de nabewerking roze te maken om de foto een andere sfeer mee te geven. Een dergelijke verandering is geen kleurcorrectie. Immers, het roze is niet de oorspronkelijke kleur van de lucht. In dat geval spreek je daarom van een kleuraanpassing.

Wanneer we naar afb 3 kijken, dan zien we een kleuraanpassing. De foto laat nu niet meer zien wat wij zagen, maar lijkt meer op een scene uit een film van de Hobbit.

Vaak worden de begrippen kleurcorrectie en kleuraanpassing als synoniemen van elkaar gezien en worden deze termen dan ook gewoon dwars door elkaar heen gebruikt. Kijk daarom niet gek op wanneer men in een artikel spreekt over een kleurcorrectie terwijl daarin wordt uitgelegd hoe je een blauw jurkje rood kunt maken.

In het Engels kent men dit onderscheid natuurlijk ook, maar hier wordt dit doorgaans minder als synoniemen beschouwd. Een jurkje rood maken gaat dan ook door middel van Color Grading, niet door middel van Color Correcting.

Alles of een deel

Professionele beeldaanpassers maken een onderscheid tussen aanpassingen die voor de gehele foto gelden en aanpassingen die op een deel van de foto, bijvoorbeeld alleen op een specifieke kleur, worden losgelaten.

De zogenaamde primaire kleurcorrecties hebben invloed op de gehele foto. Je kunt hierbij denken aan aanpassingen van bijvoorbeeld de Saturation (kleurverzadiging) of het Contrast in Photoshop wanneer hiervoor geen maskers worden gebruikt. Deze aanpassingen hebben daarom effect op de hele foto.

Afb 4 is een voorbeeld van een primaire kleuraanpassing. Alle kleuren in de foto zijn wat roder gemaakt zodat een wat warmere uitstraling ontstaat.

Dit in tegenstelling tot de zogenaamde secundaire correcties waarbij een kleurcorrectie of een kleuraanpassing van een specifiek deel van de foto wordt aangepast. Je kunt bijvoorbeeld alle kleuren die van een bepaalde helderheid zijn, wijzigen naar een andere helderheid met behulp van Luminosity Masking. De rest van de kleuren blijft verder ongemoeid.

In afb 5 hebben we slechts een deel van de kleuren van de foto aangepast. Wie goed kijkt en afb 5 vergelijkt met afb 2, ziet welke kleuren we wel en welke we niet hebben gewijzigd.

In praktijk worden door bewerkers vaak eerst de primaire kleurcorrecties uitgevoerd, en dan pas de secundaire kleurcorrecties. Vandaar dat men spreek over primaire en secundaire correcties.

Waarom?

Zoals eerder gezegd worden kleurcorrecties en kleuraanpassingen uitgevoerd om natuurlijke kleuren terug te halen of om een bepaalde sfeer te creëren.

Bij een kleurcorrectie is het de bedoeling om de foto meer op de werkelijkheid te laten lijken. Het komt immers voor dat de kleuren op een foto bijvoorbeeld veel sterker overkomen dan dat ze in werkelijkheid waren. Wil je in dat geval dat de foto meer de realiteit laat zien, dan zul je dus een kleurcorrectie moeten uitvoeren zoals in afb 2 heeft plaatsgevonden.

Kleurcorrecties worden ook uitgevoerd omdat sommige apparaten bepaalde kleuren domweg niet goed kunnen laten zien en de kleur van de foto vertalen naar een kleur die ze wel kunnen vertonen. Het eindresultaat kan hierdoor zo onbevredigend zijn dat men daarom liever de kleuren aanpast zodat er een meer natuurlijk beeld ontstaat.

Maar fotografen willen soms om artistieke redenen ook sfeeraanpassingen door kunnen voeren en daarvoor maken ze gebruik van kleuraanpassingen. Ze veranderen daarbij de kleuren naar tinten die zij graag zien zodat de gewenste sfeer wordt opgeroepen. Die sfeer hoeft er in werkelijkheid helemaal niet zijn geweest.

Afb 6 is een voorbeeld van een kleuraanpassing die de roestkleuren van het hek meer laten overeenkomen met de kleuren van de rotsen. In afb 4 zien we hetzelfde verschijnsel. Door dit te doen wordt de foto rustiger. Hek en rots lijken meer bij elkaar te horen en steken minder sterk af.

Sfeer door kleuraanpassingen

Veel fotografen hebben de voorkeur voor een meer dramatische sfeer in hun foto’s dan dat de werkelijkheid liet zien. Dit kunnen ze bereiken door onder andere meer gebruik te maken van neutrale middentonen en wat sterker aangezette schaduwen. Daarnaast verminderen ze het groen in hun foto’s waardoor de foto’s wat koeler worden.

Dit soort aanpassingen worden vooral met behulp van de Curve instellingen uitgevoerd in combinatie met aanpassingen van de White Balance.

Er is een aantal fotografen dat men herkent aan de specifieke sfeer van hun foto’s. Deze sfeer wordt hoofdzakelijk door kleuraanpassingen bereikt. Je zou dit kunnen beschouwen als een belangrijke vingerafdruk van de fotograaf op zijn werk.

Afb 7 is een goed voorbeeld van een persoonlijke aanpassing. De fotograaf heeft hier gekozen voor een hardere inzet van het groen waardoor het verschil tussen levend en levenloos materiaal op de foto sterker benadrukt wordt.

Is het belangrijk?

We hebben al eerder betoogd dat mensen soms honderden beelden per dag zien. Het is daarom moeilijk om jouw foto tussen als dit beeldengeweld op te laten vallen. Je zult er dan met kop en schouders bovenuit moeten steken.

Omdat de eerste beoordeling van een foto in een mum van tijd plaatsvindt, zal het heel gedetailleerd uitknippen van het onderwerp of een prachtig geretoucheerde huid van het model op het moment van de ‘eerste blik’ waarschijnlijk niet het belangrijkste zijn. Naast de compositie zal vooral de sfeer van de foto er voor zorgen dat de kijker getriggerd wordt om de foto beter en langer te gaan bekijken. Daarna zoemt men pas verder in op de details.

Voor afb 8 is gekozen voor een sterk oranje tint. Dit zorgt er voor dat de foto een sprookjesachtige sfeer krijgt. Je verwacht hier ridders aan te treffen of heksen, maar geen wandelaars in korte broeken met bergschoenen aan.

Wat dit betreft nemen kleuraanpassingen een van de belangrijkste plekken in voor de eerste beoordeling van de kijker en kan daarmee het verschil worden gemaakt tussen een opvallende foto of middelmatig werk.

Dit belang wordt o.i. nog steeds door een groot aantal fotografen onderschat. Iets wat te merken is aan hoe fotografen dikwijls met kleurcorrecties omgaan. Het wordt vaak beschouwd als een laatste stap in de nabewerking die een ‘beetje extra moet pimpen’. Daarbij maakt men hiervoor veelvuldig gebruik van standaard templates voor deze aanpassingen. Doodzonde!

De moeilijkheid

Het uitvoeren van goede kleuraanpassingen kan tijdrovend en frustrerend zijn. En met de vele standaard gratis templates die er zijn om ‘snel’ een sfeer op te roepen, word je ook niet echt gedwongen om de tools die voor kleuraanpassingen nodig zijn te bestuderen.

Er zijn bijvoorbeeld veel gratis lookup tables (LUT’s) van het internet te downloaden waarmee je met een druk op de knop een andere sfeer op kunt roepen. Maar laten we eerlijk zijn, het blijven op een bepaalde manier toch eenheidsworsten en zijn meestal net niet dat wat je zocht. Daarnaast worden er hoofdzakelijk primaire kleuraanpassingen mee uitgevoerd. Voor detaillering is minder plaats.

Fotografen die een eigen sfeer hebben maken ook gebruik van LUT’s, maar die hebben ze dan wel zelf gecreëerd. En dergelijke LUT’s worden dan meestal alleen gebruikt als startpunt van de bewerking. Iedere foto behoeft nu eenmaal zijn eigen aanpassingen omdat er net wat meer of minder contrast in zit, etc.. Daarom vinden er vaak na het toepassen van ook een eigen LUT nog diverse secundaire kleuraanpassingen plaats.

Afb 9 lijkt een zwart-wit uitvoering te zijn van afb 2. Toch is dat niet waar. Om de foto zo te krijgen zijn zowel een primaire als verschillende secundaire kleuraanpassingen uitgevoerd. Het duurde een tijdje voordat de foto daarom klaar was. Maar dat loont, want nu heeft de foto een antieke uitstraling gekregen. In het artikel “Vergeelde foto’s” lees je hoe je dit soort foto’s kunt maken. 

Goed kleuraanpassingen uitvoeren is daarom niet zo eenvoudig. Je moet behoorlijk wat weten over de functies die daar effect op hebben en ook hoe die onderling invloed op elkaar uitoefenen. Daarnaast is het tijdrovend. Even dertig foto’s bewerken zit er niet in, dat kost uren aan tijd. Maar toch is het meer dan de moeite waard dit onder de knie te krijgen. En bedenk, liever een goede foto, dan tien matige!

Sfeer en kleur horen bij elkaar

Een van de belangrijkste vaardigheden die je als bewerker onder de knie zou moeten krijgen, is dus om goede kleurcorrecties en kleuraanpassingen uit te kunnen voeren. Men beweert wel dat als een foto een emotie bij de kijker losmaakt, dat dan de kleuraanpassing goed is uitgevoerd. Dat zegt genoeg!

We kunnen veel van schilderijen en de filmindustrie leren als het gaat om hoe je met kleuren de juiste sfeer kunt bereiken. Het schilderij Blue Dancers (1899) van Edgar Degas laat veel blauwe en groene pastelkleuren zien. Hierdoor straalt het werk een rustige sfeer uit.

Vergelijken we dit met het kleurgebruik van James Whistler in het portret van zijn moeder (1871), dan zien we dat Whistler het gezicht en de handen van zijn moeder met kleur heel warm laat overkomen. De rest van het schilderij is koud en formeel. Alsof hij door dit kleurgebruik wil laten zien dat zijn moeder aan de buitenkant een vrouw was met onberispelijk gedrag, maar vriendelijk was en een hart van goud had.

Ook als we naar films kijken, valt het kleurgebruik op. Science fiction films laten bijvoorbeeld altijd iets van een soort groene of blauwe indruk achter. Horrorfilms zijn daarentegen altijd donker en roodachtig terwijl historische films bruin zijn. Je kunt je moeilijk voorstellen dat je een foto van een vampier bekijkt in een gele stijl. Dat past niet, de sfeer klopt dan niet bij wat je ziet.

Als je naar de serie ‘Game of Thrones’ kijkt, dan zorgt de kleuraanpassing van de nabewerkers er voor dat je ‘voelt’ dat het op sommige plekken in het verhaal wel erg koud moet zijn. Op andere plekken straalt de warmte er van af. Dat is echt knap gedaan!

Dat kan alleen als je als bewerker weet hoe kleuren werken, je moet bijvoorbeeld begrijpen welk effecten kleuren hebben op mensen. Je moet kennis hebben over een soort ‘kleuren-psychologie’. Rood gaat daarbij om gevaar en passie, blauw over isolatie en koelte. Dat weten we allemaal. Maar dat roze gevoelens van empathie en onschuld oproept, of groen van gevaar en onvolwassenheid, misschien minder. En nog minder hoe combinaties van dit soort kleuren werken.

In het artikel ‘het kleurenwiel’ kunnen we lezen waarom bepaalde kleuren goed of minder goed bij elkaar passen. We kunnen de kennis hiervan gebruiken wanneer we kleuraanpassingen aan het doorvoeren zijn.

Als overwegend analogous colors (kleuren die dichtbij elkaar liggen in het kleurenwiel) worden gebruikt, zoals geel en groen of blauw en violet (denk aan het schilderij van Degas), dan geeft dat een rustige, harmonische uitstraling. Rood en orange zorgen daarbij voor dramatiek, het ‘zonsondergang gevoel’, terwijl blauw en violet zorgen voor een zeker gevoel van puurheid.

Als de kleuren overwegend complementair zijn, zoals rood en blauw of geel en blauw, dan wordt de foto uitgesprokener en minder harmonieus. Dit soort kleuraanpassingen leidt tot een gevoel van verdeeldheid en tegenstellingen.

Om gevoel te ontwikkelen voor goede kleuraanpassingen is het vooral van belang om veel te kijken naar hoe anderen dit hebben gedaan. Genieten van schilderijen en films hoort daar gewoon bij!

 

Afb 1: De originele foto
Afb 2: De foto na de kleurcorrectie
Afb 3: Een kleuraanpassing zorgt voor een scene uit "The Hobbit"
Afb 4: Een warmere uitstraling doordat meer rood is toegevoegd
Afb 5: Een secundaire kleuraanpassing zorgde voor dit effect
Afb 6: De roestkleuren van het hek passen beter bij de rots
Afb 7: Het verschil tussen levend en levenloos materiaal wordt versterkt
Afb 8: Een sprookjesachtige sfeer door overmatig oranje te gebruiken
Afb 9: Niet gewoon zwart-wit, maar een complexe nabewerking