Een grijskaart kan niet alleen worden gebruikt om de belichting en de witbalans goed in te stellen alvorens gefotografeerd wordt, maar ook om achteraf deze zaken aan te passen. Maar hoe werkt dit en hoe gebruik je dit in de praktijk?
Referentie
Een grijskaart kan het beste worden beschouwd als een referentiepunt dat dienst kan doen om zowel de juiste kleurinstellingen als de juiste belichting voor een foto te kunnen bepalen. Van de kleur en de reflectie van deze kaart weten we precies hoe die op de foto terecht zouden moeten komen. Wijkt het daarvan af, dan moet er dus iets worden bijgesteld.
Nu zou je kunnen denken dat het uitvoeren van een kleurcorrectie vaak niet zo nodig is. Want wie doet dat nu? Het staat buiten kijf dat in de modefotografie en food photography de juiste kleuren natuurlijk heel belangrijk zijn. Maar onderschat ook niet het belang van realistische kleuren wanneer het om wild life, natuur- of portretfotografie gaat. De serieuze fotograaf zal daarom altijd een kleurcorrectie willen doorvoeren.
En als een foto te donker of te licht is, dan stel je die in Lightroom toch gewoon bij? Ook dat is niet helemaal waar. Donkere foto’s vertonen vaak veel ruis en te lichte foto’s kunnen details zijn verloren. Kortom, ook de belichting tijdens het maken van de foto’s moet goed zijn wil men goede foto’s krijgen!
Vragen we daarom met behulp van software zoals Capture One, Lightroom of Photoshop de waarden voor de kleur van de grijskaart op en wijken die af van wat ze zouden moeten zijn, dan weten we dat de belichting en/of de kleuren niet correct waren en kunnen we deze hiermee proberen bij te stellen.
Het gebruik
Om een grijskaart goed te kunnen gebruiken moet deze in een ‘testfoto’ op de plek worden gehouden waar zich later het onderwerp zal bevinden. Het is immers op die plaats uniek zoals het licht er op valt. Houd de kaart recht voor de camera zodat hij er haaks op staat.
Het is verstandig om een testfoto met de kaart te maken om te zien of de instellingen voor het licht juist zijn ingesteld. Zo niet, pas de instellingen dan aan totdat ze wel goed zijn. Achteraf bijstellen geeft immers minder goede resultaten dan vanaf het begin af aan de scene goed gefotografeerd.
Hoe werkt het?
Een grijskaart is voorzien van zogenaamd 18% grijs. Dit betekent dat het geen kleur heeft en het licht reflecteert dat in sterkte overeenkomt met wat wel middengrijs wordt genoemd: het grijs dat zich precies in het midden tussen wit en zwart bevindt. Wanneer je dit middengrijs in een histogram opzoekt dan vind je dit dus precies terug in het midden van de x-as.
Het licht dat door middengrijs wordt gereflecteerd is van een lichtsterkte dat door de interne lichtmeter van de camera wordt beschouwd als het gemiddelde van een "normaal" goed belichte scene. Als de grijskaart daarom goed belicht is dan weten we dat alles op de plek waar de grijskaart zich bevindt goed belicht wordt.
En zien we dat de kaart echt grijs is en geen rood of bijvoorbeeld blauw bevat, dan weten we ook dat de witbalans goed is ingesteld.
RGB en HSB
Wanneer we in Photoshop een nieuw document aanmaken en deze vullen met 50% grijs (Edit > Fill > 50% Gray) zoals te zien in afb 1A, dan zien we met behulp van de Color Picker dat deze kleur de RGB-waarde (128,128,128) aangeeft (zie afb 1B). Dit is dus exact de kleur die de grijskaart zou moeten hebben op de foto.
Nu zou je misschien verwachten dat de RGB-waarde voor dit middengrijs altijd 128,128,128 zou zijn omdat 128 zich precies tussen de 0 en 255 in bevindt, maar toch is dat niet in alle gevallen waar. Immers, in andere kleurruimtes kan dezelfde grijze kleur een andere waarde hebben, maar dat laten we voor de leesbaarheid van dit artikel buiten beschouwing en gaan er dus vanuit dat 128,128, 128 middengrijs voorstelt.
Een kleur kan als RGB-waarde worden beschreven, maar ook als HSB-waarde. Dit zien we ook in afb 1B terug. De HSB-waarde zegt iets over de kleur (Hue), iets over de kleurverzadiging (Saturation) en iets over het gereflecteerde licht (Brightness). In dit geval is dat dus best handig. De HSB-waarde voor middengrijs is H:0 graden, S:0%, B:50%.
De waarde voor Hue maakt daarbij niet uit. Dat had net zo goed een ander getal mogen zijn. Dit komt omdat de kleurverzadiging (populair: kleur gemend met grijs) op 0% staat. Je zou daarom ook kunnen stellen dat welke kleur het ook is, deze is in zijn geheel niet aanwezig (0% betekent alleen grijs, geen kleurmenging). Je houdt dus maar twee bepalende waarden over: de kleurverzadiging, die op 0% moet staan zodat er geen kleur in voorkomt en de helderheid die op 50% moet staan om de juiste lichtsterkte voor het middengrijs te krijgen.
Deze waarden van de grijskaart zijn met behulp van software eenvoudig te vinden en als blijkt dat de kleurverzadiging hoger is dan 0% dan zijn de kleuren niet goed. Is de helderheid geen 50% dan is de belichting niet goed. Hoe je deze zaken instelt zullen we hieronder laten zien. Laten we met de helderheid beginnen.
Belichting instellen
Wanneer de camera in de modus voor Spot Metering staat, dan gebruikt de camera een klein plekje om de belichting te kunnen meten. Handig wanneer niet het hele frame gevuld kan worden met de grijze kaart. Als er sprake is van continue licht, dan meet je in deze stand het licht waarbij de spot wordt gericht op het midden van de kaart. De belichting kan nu goed worden ingesteld op basis van wat de interne lichtmeter aangeeft in de camera.
Dit lukt natuurlijk niet wanneer er met flitsers wordt gewerkt omdat het licht er niet is wanneer gemeten wordt. Je hebt hier immers continue licht voor nodig. Toch kan een grijskaart ook worden gebruikt wanneer met flitsers wordt gewerkt.
Belichting met flitsen
Het histogram laat zien hoeveel pixels in een afbeelding over een bepaalde helderheid (Brightness) beschikken. Ook als er geflitst wordt. Dit wetende is het logisch dat als het nieuwe document dat door ons geheel gevuld was met 50% grijs (zie 2A) met een filtser perfect zou zijn vastgelegd, het hele histogram leeg zou zijn geweest op een lijn na die zich precies halverwege het histogram bevindt en tot bovenaan rijkt (zie afb 2B). Alle pixels hebben immers een brightness van 50%.
Maar als we een grijskaart mee fotograferen met een flitser in een foto zoals in afb 3, dan zal deze lang niet altijd schermvullend zijn gefotografeerd. Daardoor zien we in het histogram niet alleen de pixels van de grijskaart, maar ook de pixels van de omgeving waarin zich de grijskaart bevindt. Dat zegt ons nog niet zoveel.
Selecteer daarom met de Rectangular Marquee Tool een stuk uit de grijskaart en kijk dan naar het histogram (zie afb 4). Deze vertoont nu alleen de waarden van de pixels die geselecteerd zijn en dan kijk je dus wel naar alleen een stuk van de grijskaart.
De kans is groot dat je niet een rechte lijn maar een smalle parabool zult zien zoals in ons voorbeeld. Dat is prima want de grijskaart is niet perfect en het licht zal er ook niet perfect op vallen. Een smalle parabool is daarom te verwachten.
Kijk naar de locatie van deze smalle parabool. Bevindt die zich netjes in het midden van het histogram zoals bij ons? Dan is de grijskaart goed belicht. Bevindt de parabool zich links van het midden, dan is de foto op die plek onderbelicht. Bevindt hij zich rechts van het midden, dan is de foto op die plek overbelicht.
Er zijn veel manieren om een foto achteraf lichter of donkerder te maken. Als we in Photoshop een Brightness/Contrast Adjustment Layer boven de foto leggen, dan is dat een van deze methoden. Selecteer een stukje van de grijskaart met de Rectangular Marquee Tool, en verschuif de schuifregelaar van Brightness naar de juiste plek zodat de parabool in het midden komt te staat. Zo eenvoudig werkt dat!
Een grijskaart is hiermee een geweldig handig hulpmiddel om de belichting vooraf goed in te stellen en om achteraf mee bij te stellen. Omdat de locatie van de parabool ook gebruikt kan worden om de instellingen voor de belichting aan te passen en het daarna nog eens te proberen, kun je ook hiermee de instellingen voor de belichting van een flitser bepalen. Liever dit dan achteraf de foto’s aanpassen. De kwaliteit van de foto’s wordt hier echt beter door!
Kleurcorrecties
Er zijn nogal wat methoden die je hiervoor kunt gebruiken. Maar zorg er altijd eerst voor de de belichting correct is. Je kunt daarna bijvoorbeeld in de instellingen van de camera voor de white balance voor AWB (Automatic White Balance) kiezen. Met deze optie ingeschakeld maak je een foto van de grijskaart van dichtbij. In de AWB stand zal de camera zelf de juiste witbalans proberen te bepalen omdat hij gemaakt is middengrijs te zoeken en zich daarop in te stellen. Neem deze instellingen over door de camera van de AWB-stand af te halen en dit bijvoorbeeld als graden Kelvin op te geven.
Met een aantal camera’s kan het nog gemakkelijker. Maak een foto van de grijskaart. In het menu van dit soort camera’s kun je een optie selecteren die iets als "Custom WB" zal heten. Selecteer wanneer daar om gevraagd wordt de foto van de grijskaart. De witbalans van de camera wordt nu aangepast en ingesteld om foto’s mee te kunnen maken.
Je kunt de witbalans ook achteraf in een product zoals Photoshop aanpassen. Dat gaat het beste als de foto’s in RAW zijn geschoten omdat daarbij de instellingen voor de witbalans separaat worden opgeslagen en achteraf dus nog heel goed aangepast kunnen worden omdat ze nog niet verwerkt zijn in de afbeelding.
Open hiervoor in Photoshop de testfoto die de grijskaart bevat (zie afb 5) en plaats daar een Levels Adjustment Layer boven. Selecteer de middelste pipet uit het dialoogvenster van deze Adjustment Layer en klik op de grijskaart. Photoshop doet de rest!
In Lightroom wordt dit met de witbalanspipet gedaan zoals dat ook met dezelfde pipet in de Camera Raw Filter kan worden uitgevoerd voordat een foto in Photoshop wordt ingelezen.
Samenvatting
Vaak wijken foto’s qua kleur af van de werkelijkheid. Door een kleurcorrectie uit te voeren kan dit worden opgelost. Een grijskaart is een erg handige tool om vooraf zowel de belichting als de witbalans in te stellen, maar ook om achteraf correcties door te kunnen voeren. Fotograferen met de juiste instellingen levert echter meestal kwalitatief betere foto’s op dan achteraf bijstellen. Het is daarom vaak de moeite waard de camera vooraf goed in te stellen en minder te vertrouwen op de nabewerkingssoftware.